Liquidaties in Rotterdam deel 1
Als we justitie en de media mogen geloven, houdt de georganiseerde misdaad kwartier in Amsterdam. Daar is de ‘drugsbeurs’ van Europa, daar zijn de rechtszaken en daar voltrekken zich ook de meeste liquidaties. Een hele reeks inmiddels, geteld vanaf 27 juni 1991, de dag waarop met Klaas Bruinsma, de eerste godfather van Nederland werd afgerekend. Minstens vijftig gangsters zijn met een kaartje aan hun teen de vrieskast in gegaan. En dan tellen we de hoofdstedelijke criminelen die buiten de stadsmuren zijn omgelegd niet eens mee. Rotterdam steekt daar schril bij af. Heel schril zelfs: Volgens de toonaangevende liquidatielijst van Elsevier vond er geen enkele afrekening in de havenstad plaats.
Verraad
Dat er veel meer liquidaties in Amsterdam dan in Rotterdam plaatsvinden is volgens misdaadverslaggever van Vrij Nederland Marian Husken een erfenis uit de jaren negentig. De Amsterdamse IRT criminelen hebben toen waanzinnig veel geld gemaakt. Dat kon omdat de drugs met medeweten van justitie werden doorgelaten. Ze verdienden zoveel geld: wat moesten ze ermee? Die zijn dat gaan beleggen, in vastgoed onder meer, en daarmee was het wit gewassen. Vervolgens wilden ze het zwart weer terughebben. Maar ja, als het in stenen zit, gaat dat niet á la minute. En wie krijgt dan als eerste zijn geld terug? Daar zijn ruzies uit ontstaan. Dat gesteggel om geld is een van de belangrijkste redenen voor al die liquidaties. En stiekem praten met de politie “verraad – natuurlijk.”
Maar dat betekent nog niet dat er minder afrekeningen in Rotterdam plaatsvinden, zegt Husken. Het beeld wordt vertekend door de media. Die zitten in de buurt van Amsterdam en zijn geneigd om eerder over dicht bij huis te berichten. De Rotterdammers blijven daardoor in de schaduw.
Lees hier meer en nog meer in het boek: De wereld van de misdaad: Standplaats Nederland.