Belangrijkste Duitstalige romans van de twintigste eeuw
Die wichtigsten deutschsprachigen Romane des 20. Jahrhunderts is een lijst van boeken die in 1999 op initiatief van het Duitse cultuurinstituut Literaturhaus München en de uitgeverij Bertelsmann werd samengesteld. Lees meer…
Lees hier ->>> meer over boeken op deze website.
Top 10 belangrijkste Duitstalige romans van de twintigste eeuw
10. Thomas Mann – Doctor Faustus
Geschreven in: 1947
Alles wijst erop dat componist Adrian Leverkühn succes zal hebben. Maar hij wil alleen het hoogste: de volmaakte compositie. Hij laat zich bewust besmetten met syfilis, in de hoop door lichamelijk verval tot een krachtig soort inspiratie te komen.
In een visioen ontmoet hij de duivel, die hem vierentwintig jaar van muzikale genialiteit belooft. In ruil daarvoor moet Leverkühn de liefde afzweren.
De Faustlegende kent vele gedaanten, maar wordt nergens met zo veel fortissimo verteld als in Doctor Faustus.
Behalve een roman over de zwarte, destructieve zijde van de Duitse romantiek is het ook een vertelling over de macht van de muziek en over de ascetische mens die heel zijn leven opoffert voor de kunst.
In veel opzichten kan de protagonist Adrian Leverkühn gezien worden als het alter ego van Thomas Mann.
9. Franz Kafka – Het slot
Geschreven in: 1926
Kafka’s laatste roman vertelt het verhaal van K, een jongeman die aankomt in een dorp aan de voet van een berg. Daarop staat een kasteel, in nevel en duisternis gehuld. K vertelt in een herberg dat hij de ‘door het kasteel ontboden’ landmeter is.
Zes dagen lang probeert hij in contact te komen met de macht van het kasteel, maar hij slaagt daar niet in. Die macht stuurt hem assistenten die hij niet kent en die hem meer last bezorgen dan gemak, maar houdt hem verder met vage formaliteiten op afstand.
Elke keer dat K denkt greep te krijgen op de werkelijkheid verliest hij die weer door bizarre vernederingen en tegenslagen.
Zijn dagen in het ingesneeuwde dorp leveren overigens niet alleen sombere beelden op, maar ook wonderlijke erotische en komische scenes. De macht daarboven zal hij niet bereiken; zijn laatste poging eindigt midden in een zin.
Zie hier de 100 Beste Duitse boeken aller tijden – Overzicht sinds het jaar 1200
8. Joseph Roth – Radetzkymars
Geschreven in: 1932
Roths meesterwerk Radetzkymars beschrijft de ondergang van de Habsburgse monarchie aan de hand van de geschiedenis van de familie Trotta. De stamvader van de familie redt het leven van de jonge keizer in de slag bij Solferino in 1859.
Zijn heldendaad luidt tegelijkertijd het begin van het verval in, dat zich in de volgende twee generaties voltrekt. Schitterend schetst Roth hoe een wereld langzaam verdwijnt.
7. Thomas Mann – Buddenbrooks
Geschreven in: 1901
In zijn wereldberoemde debuut uit 1901 vertelt Thomas Mann de familiegeschiedenis van vier generaties Buddenbrook, een voornaam koopmansgeslacht uit Lübeck. De oprichter van de firma Johann Buddenbrook sr. en zijn zoon Johann jr. hebben de grondslag gelegd voor een solide, machtige familie- en bedrijfstraditie.
Maar bij de kinderen van Johann jr. ondermijnen artistieke impulsen en een expansief gevoelsleven de robuuste vitaliteit van het handelsimperium.
Met Thomas, die veel te kunstzinnig is voor de harde handelspraktijk, begint de zakelijke neergang. In Thomas’ zoon Hanno, de vierde generatie, bereikt de tegenstelling tussen burger en kunstenaar een hoogtepunt.
Met De Buddenbrooks schreef Mann, nog maar zesentwintig jaar oud, een epische roman die het verval van de negentiende-eeuwse Europese burgerlijke cultuur verbeeldt.
Zie hier de Top 200 Grootste Duitsers aller tijden (zonder…).
6. Uwe Johnson – Jahrestage
Geschreven in: 1970-1983
Dag in dag uit, meer dan een jaar lang, vertelt Gesine Cresspahl haar tienjarige dochter Marie over haar eigen familiegeschiedenis, over het leven in Mecklenburg in de Weimarrepubliek, tijdens het nazibewind, in de daaropvolgende Sovjetbezettingszone en de eerste jaren in de DDR.
Tegelijkertijd beschrijft de roman het dagelijkse leven van moeder en dochter in de metropool New York in het tijdperk 1967/1968, midden in de oorlog in Vietnam en studentenprotesten.
5. Günter Grass – De blikken trommel
Geschreven in: 1959
De blikken trommel (Duits: Die Blechtrommel) is een roman van de Duitse schrijver Günter Grass. Het boek verscheen in 1959 als eerste deel van de zogenaamde Danziger Trilogie (samen met Kat en muis en Hondenjaren).
Het verhaal wordt verteld door Oskar Matzerath in de eerste en derde persoon; deze derde persoon komt tot uiting als Oskar de rol van auctoriale verteller inneemt en over zichzelf praat als ‘Oskar’. De hoofdfiguur van het boek wordt in 1924 in Danzig (Gdańsk) geboren.
Zijn hersenen zijn op dat moment al volledig ontwikkeld. Doordat hij vanaf zijn derde verjaardag niet meer groeit, kan hij als een eeuwig kind de wereld van de volwassenen aanschouwen, zonder dat hij er deel van uit hoeft te maken.
Met behulp van zijn trom kan hij over gebeurtenissen vertellen waar hij zelfs niet bij was, zoals de geboorte van zijn moeder.
4. Alfred Döblin – Berlin Alexanderplatz
Geschreven in: 1929
Na een gevangenisstraf van vier jaar omdat hij in een woedeaanval zijn vriendin heeft doodgeslagen, keert Franz Biberkopf terug naar zijn oude buurt: Alexanderplatz. Hij is vastbesloten een fatsoenlijk leven te leiden, maar ongewild belandt hij in het gezelschap van gangsters, prostituees, dieven en nazi’s. Aanvankelijk lijkt alles goed te gaan, maar dan keert het lot zich wreed tegen hem.
Berlijn Alexanderplatz werd in 1978 met veel succes verfilmd door Rainer Werner Fassbinder.
Alfred Döblin (1878-1957) was arts en schrijver. Hij woonde twintig jaar lang in een arbeiderswijk van Alexanderplatz, tot de opkomst van het nazisme hem naar de Verenigde Staten dreef.
Zie hier de beste boeken volgens de Fransen, de Top van de 20ste eeuw
3. Thomas Mann – De Toverberg
Geschreven in: 1924
29 keer genoemd
Het boek speelt aan het begin van de vorige eeuw, in een sanatorium in Davos. Hoofdpersoon is de simpele, maar beminnelijke jongeling Hans Castorp, die aanvankelijk alleen maar op bezoek is maar uiteindelijk zeven jaar in dat sanatorium blijft als patient.
2. Franz Kafka – Het proces
Geschreven in: 1912
32 keer genoemd
Meneer K., een dertiger die een hoge positie heeft bij een bank, krijgt op morgen, in plaats van ontbijt op bed, een politieman in burger naast zijn bed en op de overloop staat er nog een. Hij wordt gearresteerd, maar toch mag hij gewoon vrij rond blijven lopen. Wat heeft hij misdaan?
Hij weet het niet en de agenten weten het ook niet. K. blijft vol zelfvertrouwen zijn toekomst zien. Pas nadat zijn oom, duidelijk een ADHD-er, hem bijna met geweld meeneemt naar een schoolvriend, een advocaat met Hitleriaans trekje, verandert er veel. Als een zware steen ligt het aankomende proces op K.’s maag. De advocaat werkt meer tegen dan mee.
Titorelli, een kunstschilder die rechters portretteert, adviseert hem beter dan de advocaat, maar ook dat heeft geen effect. Tijdens een bezoek aan een Kathedraal ontmoet hij de aalmoezenier van de gevangenis. Deze man, zal de lezer vermoeden, is uit een psychiatrische inrichting ontsnapt. Het verhaal speelt zich altijd af in het duisternis.
Buiten regent het of kun je door de mist geen hand voor ogen zien. In een grote ruimte brandt er slecht een kaarsje. Toch zijn er ook passages waarom de lezer zal lachen. Zoals het advocatenbeen dat zichtbaar is aan de zolder van de wachtkamer bij het gerecht.
1. Robert Musil – De man zonder eigenschappen
Geschreven in: 1930
35 keer genoemd
Op een mooie augustusdag in 1913 neemt Ulrich, de man zonder eigenschappen, het ferme besluit een man mét eigenschappen te worden – vooral nu hij in de krant heeft gelezen dat zelfs een renpaard ‘geniaal’ kan zijn; daar wil hij niet bij achterblijven.
Hij raakt betrokken bij de Parallelactie, de organisatie die de viering van het zeventigjarig regeringsjubileum van keizer Franz Josef I voorbereidt en tevens wil proberen het dertigjarig jubileum van de Duitse keizer de loef af te steken. Beide jubilea zijn gepland voor 1918, het jaar waarin de twee monarchieën ineen zullen blijken te storten.
Met fijnzinnige ironie omringt Musil zijn hoofdpersoon met een keur aan curieuze personages, doorschouwt hij een cultuur die haar einde nadert, en tast hij mogelijkheden af voor een nieuwe toekomst.
Top 10 belangrijkste Duitstalige romans van de twintigste eeuw
- Robert Musil – De man zonder eigenschappen
- Franz Kafka – Het proces
- Thomas Mann – De Toverberg
- Alfred Döblin – Berlin Alexanderplatz
- Günter Grass – De blikken trommel
- Uwe Johnson – Jahrestage
- Thomas Mann – Buddenbrooks
- Joseph Roth – Radetzkymars
- Franz Kafka – Het slot
- Thomas Mann – Doctor Faustus