Willem Endstra
Willem Alexander Arnold Peter Minne Endstra
(Amsterdam, 12 januari 1953 – Amsterdam, 17 mei 2004)
Bijnamen: Stille Willem, omdat hij onder de radar van justitie probeerde te blijven, en Bankier van de onderwereld omdat hij voor vele criminele geld investeerde in vastgoed en andere zaken.
Endstra is een vastgoedmagnaat die op 17 mei 2004 voor zijn kantoor aan de Apollolaan in Amsterdam-Zuid werd doodgeschoten. Hij investeert grote bedragen crimineel geld in het vastgoed. Willem Holleeder is eerst z’n vriend, maar hij wordt uiteindelijk door hem afgeperst.
100 grootste criminelen van Nederland (inmiddels meer…)
De Nederlands misdaadencyclopedie
Alle Liquidaties in Nederland
Boeken over Nederlandse criminaliteit
Bijnamen van de verschillende criminelen uit binnen- en buitenland.
Zie hier ->>> Meer interessante artikelen over criminaliteit op deze website
Willem’s jeugd
Willem Endstra is de op één na oudste van de vier kinderen van Arnold Willem Endstra en Margot Kleine, een Duitse. Zijn grootvader Minne Endstra (1901-1971) is aanvankelijk handelaar in glas- en verfartikelen.
Grootvader levert tijdens de Duitse bezetting rijk camouflageverf voor bunkers en vliegvelden aan het Duitse leger. Het zo vergaarde vermogen belegt hij in onroerend goed, dat hij meestal verwerft op veilingen.
Daar worden woonhuizen van joodse Nederlanders door de banken aangeboden omdat de gedeporteerde bewoners de hypotheek niet hebben voldaan.
Na de oorlog verhuurt hij ketelwagens en wordt hij uiteindelijk groothandelaar in rollend materieel, dat hij vooral verhandelt met het Oostblok.
Willem Endstra begint op zijn zestiende in het familiebedrijf en bouwt dit uit tot een vastgoedbedrijf. In de avonduren volgde hij een studie rechten aan de Vrije Universiteit.
Op 13 mei 1987 richt hij het vastgoedbedrijf Convoy Vastgoed BV op. Op 3 juni 1987 is Convoy Vastgoed BV ingeschreven in het handelsregister.
Dit met een maatschappelijk kapitaal van 200.000 gulden (90.756,04 euro), geplaatst kapitaal van 40.000 gulden (18.151,21 euro) en gestort kapitaal van eveneens 40.000 gulden.
Willem Endstra’s eerste witwaspraktijken
Endstra wordt in 1992 verdacht van het via onroerendgoedtransacties witwassen van geld dat een bende rond crimineel Ton van Dalen heeft verdiend door grootschalige handel in XTC. In 1995 is hij opnieuw in beeld.
Dit keer in verband met omvangrijke hasjtransacties. In datzelfde jaar betaalt hij volgens enkele kranten ruim één miljoen gulden (ca. 450 duizend euro) aan justitie om strafvervolging te voorkomen.
Intussen bouwt Endstra rustig verder aan zijn onroerendgoedimperium. In 2001 is hij samen met de Rotterdamse havenbaron Hans van der Lande betrokken bij de aankoop van het voormalige Brits militair vliegveld RAF Laarbruch.
Dit vligveld ligt vlak over de Nederlandse grens tussen Nijmegen en Venlo, nu bekend als Airport Weeze of ook als Düsseldorf Niederrhein.
In een later stadium wordt daar een zakenman uit Ubbergen en Erik de Vlieger bij betrokken. Eind 2001 moet Endstra uit het project stappen, nadat de Duitse overheden erachter komen dat de Nederlandse justitie hem op de korrel had.
Later zou blijken dat Endstra daarna toch zes miljoen euro in het vliegveld heeft gestoken, dat inmiddels Flughafen Niederrhein was gedoopt.
Endstra kent De Vlieger al van eerdere samenwerking, samen met vastgoedhandelaar Klaas Hummel. Het drietal koopt in 1999 het World Fashion Center in Amsterdam. In 2001 verbreekt De Vlieger de samenwerking.
Endstra is in 2000 ook medeaandeelhouder van Dutch Contracting Group en Figee; twee Amsterdamse havenbedrijven van De Vlieger, hoewel deze de banden met Endstra steeds heeft ontkend.
Endstra zou De Vlieger ook in contact hebben gebracht met Heineken-ontvoerder Willem Holleeder, nadat De Vlieger ruzie heeft gekregen met Israëlische vastgoedhandelaren.
Bankier van de onderwereld
In 2002 raakt Endstra bij het grote publiek bekend toen de crimineel John Mieremet in dagblad De Telegraaf verklaart dat Endstra de ‘bankier’ van de onderwereld is.
Willem Holleeder zou zijn gewapende arm zijn. Mieremet heeft op dat moment zowel een geschil met Endstra als Holleeder.
Endstra ontkent, maar heeft de schijn tegen als in het decembernummer van het maandblad Quote een foto verschijnt. Op is hij samen met Holleeder te zien, de heren zitten op een bankje bij zijn kantoor.
Endstra vreest dat hij van de foto kan worden herkend en vraagt de rechter om een verbod op het verschijnen van het Quote-nummer. Dit wijst zijn verzoek af.
In dat jaar schat Quote zijn vermogen op 350 miljoen euro. In de top-500 van Quote staat hij dan op de 36ste plaats. Een jaar later is zijn vermogen gedaald naar 200 miljoen en is hij gezakt naar een 93-ste plaats.
Nadat op 24 januari 2003 Heineken-ontvoerder Cor van Hout is geliquideerd, noemen informanten tegenover de Amsterdamse politie Endstra als volgend slachtoffer.
Geen bewijs voor witwassen
Op 14 mei 2004 maakt de rechtbank van Amsterdam bekend dat Endstra niet zal worden vervolgd wegens witwaspraktijken.
Hiervoor zijn in zijn boekhouding geen aanwijzingen gevonden. Wel loopt er tegen hem nog een zaak wegens valsheid in geschrifte.
Op 15 mei is Endstra te gast in het programma Business Class van collega-vastgoedhandelaar Harry Mens.
Tot dan toe heeft hij vrijwel alle verzoeken om een interview afgewezen. Hij verklaart dat justitie nu veertien jaar achter hem aanloopt en dat er nooit iets is gevonden.
Volgens Endstra moet justitie nu concluderen dat er met hem niets mis is. Willem Holleeder kent hij helemaal niet.
Dat ze samen op een bankje hebben gezeten was toevallig. Verder maakte Endstra gewag van illegale praktijken van de politie. Gewapende politiemensen zouden zonder toestemming huiszoekingen in zijn woning hebben verricht. De televisieopnames werden op 16 mei 2004 uitgezonden.
Liquidatie van Endstra
De volgende dag, de maandag na de uitzending, wordt hij om kwart over twaalf vlak bij zijn kantoor aan de Apollolaan in Amsterdam Oud-Zuid neergeschoten. Endstra wil op dat moment in zijn BMW wil stappen.
David Denneboom, zoon van een collega-vastgoedhandelaar, raakt gewond. Beiden worden met spoed naar een ziekenhuis overgebracht, waar Endstra korte tijd later overlijd.
Hij is 51 jaar oud geworden en laat vijf kinderen achter bij drie verschillende vrouwen. De vermoedelijke dader van de aanslag, Namik Abassov, overlijd in 2012 in het Huis van Bewaring.
Holleeder en Endstra
Naar alle waarschijnlijkheid perst Holleeder vanaf 2002 Endstra af. Het zou gaan om tientallen miljoenen euro’s. Als Endstra niet wil betalen zou hij door Holleeder in het Amsterdamse Bos zijn afgetuigd.
Endstra heeft hierover met rechercheurs gesproken. Omdat hij geen aangifte wil doen, zou Holleeder niet zijn aangehouden. Wel probeert Endstra zelf de zaken met Holleeder te regelen. Hij vraagt de Hells Angels om Holleeder te vermoorden, maar ook Marco Eijk.
Endstra vraagt twee Hells Angels of zij de liquidatie van Holleeder willen uitvoeren. Zij ontmoeten elkaar in het restaurant van vliegveld Niederrhein.
Ook Angels-president Willem van Boxtel zou daarbij zijn betrokken. Endstra is mogelijk vermoord doordat deze informatie uitlekte. De Hells Angels zetten Van Boxtel af aals president en hij moet de club in bad standing verlaten.
In de nacht van 29 op 30 januari 2006 houdt Justitie Willem Holleeder aan, samen met dertien medeverdachten. Het Openbaar Ministerie verdenkt hem van afpersing en mishandeling van vastgoedhandelaren.
De dagboeken van Willem Endstra, waarin hij melding doet van de afpersingen en mishandelingen, zijn belangrijk bewijsmateriaal. Holleeder is veroordeeld, maar in beroep gegaan.
De rechtbank te Amsterdam benoemde op 30 maart 2014 mr. A. van Hees, advocaat te Amsterdam tot vereffenaar in de nalatenschap.
Op 8 juni 2015 berichtte De Telegraaf dat de Staat hiervan de helft, 40 miljoen, uit de nalatenschap toeviel. Een jaar eerder was de nalatenschap nog veel lager ingeschat.
Gesprekken met de Criminele Inlichtingen Eenheid
Op 21 maart 2006 meldt het Het Parool dat Endstra uitgebreid heeft gesproken met de Criminele Inlichtingen Eenheid (CIE) van de recherche van Amsterdam-Amstelland.
De krant heeft de hand gelegd op een 254 pagina’s tellend dossier van uitgewerkte bandopnamen, de zogenaamde Endstra-tapes.
Endstra verklaart in de 15 gesprekken, van 20 maart 2003 tot en met 28 januari 2004, dat Holleeder verantwoordelijk is voor 25 liquidaties.
Holleeder is Endstra onder andere betrokken bij de moord op diens zwager Cor van Hout en op Sam Klepper, Jan Femer, George Plieger, Magdi Barsoum, Jules Jie en Gijs van Dam jr.
Hij zou Endstra vaak van tevoren hebben verteld dat er weer een liquidatie ging plaatsvinden. Endstra zou zo in 2002 John Mieremet voor een ophanden zijnde liquidatie hebben proberen te waarschuwen.
De rechercheurs hebben hem herhaaldelijk gevraagd aangifte te doen, maar dat heeft Endstra steeds geweigerd. Endstra is bang dat Holleeder voor een kleinigheidje voor iet ‘kleins’ komt vast te zitten en na zijn vrijlating wraak zal nemen.
Endstra maakt notities over zijn gesprekken met de rechercheurs bij de CIE. Die verdwijnen in november 2003 bij een inbraak uit zijn woning in IJmuiden. Op 28 januari 2004 verbreekt hij het contact met de CIE.
De Groep Alkmaar voerde de moord op Endstra uit
Bron: Het Parool, Paul Vugts, 24 maart 2023
Justitie eist 19 jaar na dato in hoger beroep straffen van 9 en tweemaal 8 jaar cel tegen de Turkse Nederlanders Ziya G. (49), Özgür C. (43) en Ali N. (38), voor medeplichtigheid aan de liquidatie van de criminele vastgoedmagnaat Willem Endstra.
De drie waren een voornaam onderdeel van ‘de Groep Alkmaar’ die volgens de aanklagers in wisselende samenstellingen liquidaties uitvoerde voor ‘het driemanschap’ Willem Holleeder, Dino Soerel en Stanley Hillis.
Uit getuigenissen, afgeluisterde gesprekken, beeldmateriaal, telefoongegevens en andere bewijsmiddelen destilleert het Openbaar Ministerie tal van aanwijzingen dat de drie huidige verdachten samen met anderen met de moorden in de weer waren, waaronder die op Endstra.