Octave Durham
(Nederland, 1972 – )
Bijnaam: Okkie
Octave ‘Okkie’ Durham groeit op in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt als zoon van een Brabantse moeder en een Surinaamse vader. Zijn vader is een beruchte drugsdealer op de Zeedijk. Door de activiteiten van zijn vader en het leven in een volksbuurt is Okkie al vroeg streetwise.
Hij begint met het jatten van autoradio’s en pleegt honderden winkeldiefstallen. Van de drugshandel moet hij niks hebben. Al snel verlegt hij zijn terrein naar insluipingen bij bedrijven in binnen- en buitenland. Hondsbrutaal en vaak op klaarlichte dag steelt hij voor tonnen aan computers, dure kleding, horloges en geldkluizen.
Okkie’s motto luidt ‘gebruik nooit geweld, zorg voor een nette vluchtauto en eenmaal betrapt, blijf rustig en gebruik je koppie’. Collega-inbrekers roemen hem om zijn grondige voorbereiding en grote technische kennis. In het uitgaanscircuit is Okkie, dankzij een vlotte babbel en enorme hoeveelheden geld, een bekende jongen. Hij kent veel beruchte ‘jongens’ waarvan sommigen later gewelddadig aan hun einde komen.
Op zoek naar nieuwe uitdagingen pleegt Okkie een aantal spectaculaire bankroven. Justitie staat keer op keer machteloos. Hij breekt in bij het Amsterdamse Van Gogh Museum. De inbraak is wereldnieuws. Maar Okkie vlucht naar Spanje en duikt onder bij vrienden waaronder voetballer Patrick Kluivert. In 2017 vertelt Durham hoe hij na het stelen van de Van Goghs een paar dagen onderduikt in Barcelona bij Kluivert. ‘Patrick ontkende dat verhaal, hij zei dat ik zijn goede naam besmeurde. Een jaar later zag ik hem op de foto staan in Zimbabwe, met Robert Mugabe. Toen dacht ik: nu heb ik je. Hij staat met die man op de foto en ik bracht schade toe aan zijn goede naam?’ (Bron: Volkskrant