Mohammed Rasnabe
(Beni Said, 10 mei 1972)
Bijnaam: Moppie
Mohammed R. of Moppie is een Nederlands crimineel van Marokkaanse afkomst. Hij was één van de verdachten in het grote liquidatie-proces Passage.
100 grootste criminelen van Nederland (inmiddels meer…)
De Nederlands misdaadencyclopedie
Alle Liquidaties in Nederland
Boeken over Nederlandse criminaliteit
Bijnamen van de verschillende criminelen uit binnen- en buitenland.
Zie hier ->>> Meer interessante artikelen over criminaliteit op deze website.
Mohammed Rasnabe is geboren in Imzouren in het Rifgebergte in Marokko. Hij immigreert op jonge leeftijd naar Nederland waar hij opgroeit in Mijdrecht.
Zijn bijnaam Moppie komt omdat hij een echte zware jongen is, maar de lichaamsbouw heeft van een tiener.
Rasnabe is verdacht van de moorden op Salim ‘Sonny’ Hadziselimovic, Djordje Ilic, Tonnie van Maurik, Henie Shamel en Anne de Witte en poging tot moord op ene R. Jones. Hij zit in de drugshandel en zou allerlei ‘klussen’ opknappen voor drugshandelaar Henk Rommy.
De Barbecuemoorden
Op 31 maart 1993 worden de 21-jarige Bosniër Salim Hadziselimovic en de 19-jarige Serviër Djordje Ilic, beiden uit Joegoslavië, vermoord. de heren staan ook wel bekend als Sjors en Jimmy.
De politie vind op een dag later de lichamen van de twee Joegoslaven in een uitgebrande auto op een parkeerplaats bij de Oudekerkerplas in Ouderkerk aan de Amstel.
Na de moord zijn lijken met benzine zijn overgoten en in brand gestoken. Deze dubbele moord, krijgt de toepasselijke naam ‘Barbecuemoorden’.
Hadziselimovic en Ilic zouden hun vaderland zijn ontvlucht omdat ze geen zin hebben om in de oorlog als kanonnenvuur te dienen. In Nederland willen ze zich met criminele activiteiten gaan bezighouden.
In 1997 komt echter voor het eerst de naam van Rasnabe in beeld in verband met deze zaak. Er blijken vriendschappelijke links te zijn tussen de twee slachtoffers en Rasnabe. Een getuige verklaart dat hij heeft gehoord dat Rasnabe samen met Raymond Verbaan de twee hebben vermoord.
Jesse Remmers is dan nog buiten beeld van deze moorden. De twee Joegoslaven blijken bevriend te zijn geweest met Verbaan en zijn zus, en zelfs bij hen in huis te hebben gewoond.
Rasnabe heeft ook een tijdje een een relatie gehad met de zus van Verbaan: Estrella. Behalve de verklaring ‘van horen zeggen’ is er verder geen ondersteunend bewijs voor Rasnabes betrokkenheid.
Het onderzoek loopt daarom wederom vast. Als Peter La Serpe zijn verklaringen aflegt, wijst hij Rasnabe en Jesse Remmers aan als de verdachten in de Barbecuemoorden. Zo komt er weer schot in deze zaak.
Doodleuk en lachend mensen verbranden
Malika N. wijst haar Haagse ex Raymond Verbaan, Mohammed Rasnabe en Jesse Remmers aan als degenen de jonge Joegoslaven dood hebben geschoten. Zij woonde 1993 in bij de familie van haar verslaafde vriend Raymond, waar criminaliteit de norm was.
Op een avond komt ze de huiskamer binnen, waar Raymond, Moppie, Jesse, en Raymonds zus en moeder luidruchtig in gesprek zijn.
Vooral Raymond en Moppie vertellen en spelen ‘doodleuk en lachend’ na hoe zij en Jesse de Joegoslaven hadden doodgeschoten en in brand gestoken. (Bron: Het Parool, 25 september 2009)
Er is niet duidelijk wie de mannen heeft doodgeschoten, tijdens de rechtszaak blijkt dat er door tenminste twee personen is geschoten.
Tijdens het proces bekent Raymond Verbaan dat hij betrokken is bij de moord op de Joego’s en neemt alle schuld op zich. Vanwege de ziekte van Huntington is Verbaan detentie-ongeschikt omdat hij permanent intensieve verpleging nodig heeft.
Justitie gelooft echter niet dat Verbaan de moorden alleen gepleegd heeft en vervolgt ook Rasnabe daarvoor. Rasnabe die ontkent overigens alle betrokkenheid.
Getuige Harry W. vertelt dat hij in het midden van de jaren negentig met Rasnabe en Henk Rommy in de auto zat op de A2. ‘Hier gaat Moppie graag barbecuen’, zou Rommy ter hoogte van Ouderkerk hebben opgemerkt.
Peter la Serpe, heeft vertelt hetzelfde verhaal. Hij is ook samen met Remmesr een keer langs de parkeerplaats gereden. Remmers vertelde hem dat daar ‘de barbecue’ had plaatsgevonden.
Ook tijdens hun gezamenlijk verblijf in de gevangenis aan het Wolvenplein in Utrecht zou hij La Serpe hebben verteld dat hij samen met Rasnabe naar de plek van de afspraak is gegaan.
In zijn verklaring voegt la Serpe voegt ook nog toe dat één Joegoslaaf nog smeekt om te praten. ‘Why? Why? Let’s talk! Too late…’ zegt Remmers en schiet. La Serpe doet het voor en vertelt dat het slachtoffer op zijn knieën zit.
Als La Serpe Remmers vraagt of het Italianen waren, zegt Remmers dat het om Joegoslaven ging. Hij zegt letterlijk: ‘Dat zal ík toch wel weten?’
Tonnie van Maurik
Kort na deze eerste moorden wordt op 19 april 1993 de sportschoolhouder Tonnie van Maurik vermoord voor de deur van het Altea Hotel in Amsterdam.
Volgens een prostituee is van Maurik vermoord door Rasnabe in opdracht van haar collega Pinny Song. Song zou hiervoor 10.000 gulden betaald hebben, aldus de prostituee.
Ook in deze zaak heeft de politie echter geen ondersteunend bewijs totdat La Serpe als kroongetuige Song en Rasnabe aanwijst.
Met behulp van logfiles van de mobiele-telefonie-aanbieders blijkt tevens dat zowel Rasnabe als Song op het moment van de moord in de buurt waren van het Altea Hotel.
Mensen tolereren hem heel vaak. Hij krijgt wel vertrouwen natuurlijk, omdat het een leuk mannetje is. Niet echt belangrijk, maar mensen hebben hem er graag bij. Hij is gezellig op de één of andere manier. Ja, zo’n klein kereltje, geen gevaar. Ja, Moppie is Moppie.
Peter la Serpe over Mohammed Rasnabe (bron: Panorama, 22 april 2017)
Hennie Shamel en Annie de Witte
Ook voor de liquidatie in Antwerpen op 8 mei 1993 van diamantair Shamel en diens vriendin De Witte is Rasnabe verdachte. Shamel en diens vriendin worden in hun auto vermoord.
Beide slachtoffers zijn met een kogel door het hoofd geschoten. Shamel zou een groot geldbedrag schuldig zijn aan de Nederlandse topcrimineel Henk Rommy.
Ook hier probeerde justitie hem in de jaren 1990 tot heden te vervolgen maar krijgt het bewijs niet rond totdat La Serpe Siegfried Saez en Rasnabe aanwijst als de daders.
Mislukte moord op Tony Vaz
Remmers en Rasnabe proberen in 2000 de crimineel Russel Jones aka Anthony ‘Tony’ Vaz aka Raps te vermoorden op het IJsbaanpad in Amsterdam-Zuid.
Rasnabe is de opdrachtgever en lokker van Vaz, Remmers had hem moeten doodschieten, als bijrijder achterop een motor. De liquidatie mislukt. Vaz wordt in zijn buik geraakt, maar kan vluchten.
Mohammed Rasnabe: verraad en arrestatie
Vanaf de jaren 1990 tot heden probeert justitie Rasnabe te vervolgen voor de moorden, maar er is telkens te weinig bewijs om hem veroordeeld te krijgen. Dit is zo gebleven tot 2007 toen Peter La Serpe bij de politie aanklopte voor een deal.
Hij zou diverse verklaringen afleggen over een groot aantal liquidaties in de Amsterdamse onderwereld, inclusief zijn eigen rol in diverse liquidaties.
Dit in ruil voor strafvermindering en na zijn vrijlating bescherming en/of geld om elders een nieuw bestaan op te bouwen. Dit na een volgens La Serpe mislukte actie om cokehandelaren te rippen.
In het begin van deze eeuw is Rasnabe bij verstek veroordeeld voor handel in XTC maar justitie weet dan niet waar hij verblijft. In 2006 heeft de dan nog toekomstige kroongetuige Rasnabe een ontmoeting in Spanje met Jesse Remmers.
Samen maken ze een plan om een paar Colombiaanse coke-handelaren te rippen. Volgens La Serpe mislukt deze ‘ripdeal’ omdat Rasnabe zelf te veel cocaïne zou gebruiken.
Vlak na deze mislukte actie neemt La Serpe vanuit Spanje contact op de Criminele Inlichtingen Eenheid van de politie in Amsterdam.
Behalve de verklaringen met betrekking tot de diverse liquidaties, welke dus leidden tot het Passage-proces, geeft La Serpe de CIE ook informatie waardoor deze Rasnabe kan opsporen.
La Serpe verklaart dat Rasnabe in Spanje woont en daar gebruikmaakt van de naam Raymond Mark Nurton.
Als Rasnabe vervolgens binnen Spanje wil vliegen van Madrid naar Málaga kan de Spaanse justitie hem, op verzoek van Nederland, aanhouden en vervolgens uitleveren.
Levenslang voor Rasnabe
Rasnabe is op 29 januari 2013 veroordeeld tot levenslang. Hij is veroordeeld voor vijf moorden. Rasnabe geeft volgens het vonnis blijk van grote kilheid.
Hij kent alle slachtoffers op één na persoonlijk en vertoont zich volstrekt respectloos naar getuigen en nabestaanden. Zijn leven staat in het teken van zeer zware strafbare feiten. De zaak loopt nog in hoger beroep.
